Hoe kom je met je boot het snelst tot stilstand. Vol op de rem trappen kan niet, die zit er niet op. Met een boot maak je een noodstop; je zet de motor in zijn achteruit. Rasschipper Klaas Klos legt uit hoe dit in zijn werk gaat.
Noodstop: volle kracht achteruit
Een noodstop maak je als volgt: de gashendel zo snel mogelijk terug naar neutraal, even een seconde wachten om de machinerie tot rust te laten komen en dan volle kracht achteruit. In één ruk door van voor- naar volaan achteruit kan in geval van nood ook, maar voor de keerkoppeling is het beter om even dat rustmoment in ‘neutraal’ aan te houden. Veel motorsystemen zijn tegenwoordig bovendien zo beveiligd, dat de motor bij een te bruuske overgang van voor- naar achteruit onmiddellijk stopt. De controle over je schip ben je dan – op een heel ongelukkig moment – volledig kwijt…
Hoe draait je schroef
Wat een noodstop lastig kan maken, is dat je tegelijkertijd moet uitwijken naar stuurboord. Want dat schrijven de reglementen voor: bij gevaar voor aanvaring wijken beide schepen uit naar stuurboord. Heeft je schip een rechtsdraaiende schroef, dan is er weinig aan de hand; je zult dan bijna als vanzelf uitwijken in de goede richting. Heb je daarentegen een linksdraaiende schroef, dan zal het achterschip bij achteruitslaan de neiging hebben om naar stuurboord te trekken. Je koers wordt dan verlegd naar bakboord, dus naar het schip toe dat je met je noodstop juist probeert te ontwijken. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen, kun je tegelijk met het achteruitslaan het roer naar stuurboord draaien. Dat helpt altijd, want zolang het schip nog vooruit gaat, zal het in principe naar het roer luisteren. Desnoods zul je, als daar ruimte en tijd voor is, nog even een tikje bij moeten geven.
Rechtsdraaiend
Wat – zo vroegen we vorige maand – is beter, als je een noodstop moet maken: een rechts- of een linksdraaiende schroef? Het antwoord is duidelijk: met een rechtsdraaiende schroef ben je bij een noodstop duidelijk in het voordeel. Of je schip een links- of een rechtsdraaiende schroef heeft, is gemakkelijk te achterhalen, door tijdens het varen (wel eerst even goed uitkijken of er niemand achter je vaart!) simpelweg een keer achteruit te slaan. Trekt de achterkant van je schip naar stuurboord, dan heb je een linksdraaiende schroef. Trekt het achterschip juist naar bakboord, dan is de schroef rechtsdraaiend. Hoe groot het wieleffect is, heeft vaak te maken met de spoed van de schroef. Hoe groter de spoed, hoe groter in de regel ook het wieleffect. Bij mijn eigen schip trekt het achterschip bij achteruit slaan noch naar bak- noch naar stuurboord. Want dat kan natuurlijk ook; je hebt dan het geluk dat de schroef van je schip geen al te groot wieleffect heeft, wat het achteruitvaren onder bijna alle omstandigheden vergemakkelijkt.