Met kennis van de vijf basisknopen en -steken is een lijn of touw voor veel doeleinden bruikbaar. Niet zelden improviseren we maar wat. Resultaat kan dan zijn dat iets losschiet waar je bij staat of dat je een gordiaanse knoop hebt gelegd: die krijg je niet meer los. Overigens, een knoop leg je in een touw en met een steek maak je iets vast. De vijf belangrijke basisknopen en -steken zijn:
Paalsteek – Daarmee maak je een lus aan een lijn.

Achtknoop – Dat is de stopknoop aan het eind van een lijn.

Mastworp – Daarmee leg je een touw vast om een paal.

Schootsteek – Daarmee knoop je twee lijnen van verschillende dikte aan elkaar.

Platte knoop – Daarmee knoop je twee lijnen van dezelfde dikte aan elkaar .

Tutorial van de vijf basisknopen en -steken
Voor de vijf basisknopen en -steken gaat het Engelse gezegde op: “It’s better to know a knot and not need it, than to need a knot and not know it!” Kortom: beter mee verlegen dan om verlegen. Oefen dus tot je het blind kunt zodat je niet hoeft na te denken bij het ophangen of weghalen van de fenders als je een sluis invaart en het publiek op de kant je op de vingers kijkt. Daarom hieronder de vijf basisknopen – en steken in beeld gebracht. Pak een eindje touw en doe mee. Knoop dan een blinddoek voor en kijk of je het blind kunt, maar wel zo dat je die knoop weer uit je blinddoek krijgt.
Paalsteek:
Achtknoop:
Mastworp:
Schootsteek:
Platte knoop:
Mogelijk interessante artikelen
Meer berichten in deze rubriek
