Klussen aan boord I Deel 9: Prachtige patrijspoorten
In ‘Klussen aan boord I Deel 9’, behandelen we de inbouw van patrijspoorten. Een zelfbouwschip is veelal te herkennen aan zijn patrijspoorten met hoekige omtimmering. Niet verwonderlijk, want zonder de juiste kennis en machines is het onmogelijk om in de schuinlopende wanden van een boot fraaie ronde of ovaalvormige profielen aan te brengen. Maar wat als je net als wij geen genoegen neemt met vierkante gedrochten rondom je patrijspoorten? Hoe pak je dat dan aan?
Door Bert Majoor
Natuurlijk kun je er voor kiezen om deze moeilijke klus uit te besteden aan een vakman. Dat zou in ons geval voor twaalf patrijspoorten € 2.400,- hebben gekost. Behalve dat dit een flinke aanslag op ons budget zou zijn, stond het haaks op mijn voornemen om alles zelf te doen. En dat terwijl ik nog maar net was begonnen! Op marktplaats bood een scheepstimmerman zijn diensten aan. Ik belde de man op en we kwamen overeen dat ik hem een aantal uren zou inhuren. Niet om die patrijspoorten te maken, maar om uitleg te geven over hoe ik dat met behulp van de aangeschafte machines (zie aflevering: ‘Wat heb je nodig’) en mijn handgereedschap zelf zou kunnen bewerkstelligen.
Triplex ringen
Het geheim van de smid is dat de betimmering rondom de patrijspoorten wordt vervaardigd van 18 mm dikke triplex ringen. Door meerdere ringen op elkaar te lijmen, wordt de gewenste dikte bereikt, die uiteraard afhankelijk is van de spantdikte. Vervolgens wordt de binnenzijde gefineerd. De gaten in die triplex ringen moeten exact gelijk zijn. Hiervoor heb ik gebruik gemaakt van een bovenfreesmachine en de bijgeleverde kopieerring, waarvan ik eerlijk gezegd voor de instructie van de timmerman niet wist waar die voor diende. Door de freesmachine op een stuk multiplex te monteren, om te keren en met steunlatjes aan schragen te bevestigen, creëerde ik mijn eigen freestafeltje. Vervolgens heb ik met veel precisie een mal gemaakt, die ik steeds langs de kopieerring kon leiden. Vanwege het intensieve gebruik is het raadzaam deze mal van een stevig materiaal te maken. Van trespa bijvoorbeeld. Let daarbij op dat het gat van de freesmal groter moet zijn dan het te frezen gat. Met behulp van een proefstukje kun je de juiste maat bepalen. Alvorens de massaproductie van de ringen te starten, heb ik tevens een mal gemaakt om alle ringen precies recht op elkaar te kunnen lijmen. Vervol-gens heb ik een proefstukje van multiplex grof uitgezaagd, de freesmal op het multiplex geschroefd en met de malzijde op de vlakke freestafel gelegd. Nadat ik het multiplex zover had weggefreesd dat de kopieerring het trespa raakte, volgde ik de mal, daarbij rekening houdend met de draarichting van de frees. Resultaat: proef geslaagd! Nu was ik klaar voor het échte werk.
Inpakpapier
Het fineren van de binnenzijde van de ringen deden Ineke en ik samen. We smeerden beide vlakken van het fineer in met een contactlijm op waterbasis en lieten dat goed drogen. Daarna legden we stroken inpakpapier (is een glad, zodat de lijm er niet aan hecht) binnen in de ring. Vervolgens rolden we het fineer erin uit en schoven we het volledig recht op zijn plaats. De volgende stap is om voorzichtig strookje voor strookje het papier er tussenuit te trekken en het fineer aan te drukken. Op het laatste strookje (van ruim 10 cm) lagen begin en uiteinde over elkaar. Met behulp van een blokhaak of rechte rij en een scherp stanleymes sneden we de dubbele laag in zijn geheel door, om daarna de laatste strook weg te trekken en het fineer aan te drukken. Zo zie je de naad amper. De restanten fineer die aan beide zijden uitstaken, heb ik ruim weggesneden en vlak geschuurd. Voor een fraaie afwerking lijmden we een plaatje van teak fineer met de inbouwmaat van de patrijspoort tegen de achterzijde. Tot slot heeft Ineke de ringen voor inbouw een keer of vijf in de lak gezet.
Inbouw
Omdat de metalen profielen van de patrijspoorten bij de isolatie van het casco vrij waren gelaten, heb ik de achterzijde van de ringen voorzien van een schuimisolatie van 6 mm. Hierdoor is er een vochtdichte afscheiding ontstaan tussen het hout en het metaal. Vervolgens moesten de laatste hoekjes van het vierkante gat in de beplating worden opgevuld.
Omdat de wanden van het schip hier zowel horizontaal als verticaal schuin lopen, staken de houten ringen rond de patrijspoorten deels nog uit. Met behulp van de bandschuurmachine heb ik dat gelijk gekregen met de beplating. De beplating heb ik daarna samen met Ineke afgewerkt met 4 mm dikke platen gefineerd multiplex. Ook hier hebben we weer onze tactiek met contactlijm en stroken inpakpapier toegepast.
Door zijn ervaringen als zelfbouwer te delen, hoopt Bert Majoor anderen te inspireren kleine of grotere klussen aan boord aan te pakken. Hij bouwde samen met zijn vrouw Ineke hun schip ‘Rhythm’ zelf af. Iedere aflevering beschrijft een andere klus. De serie in zijn geheel geeft stap voor stap weer hoe zijn eigen schip tot stand is gekomen. Dit was Klussen aan boord I Deel 9.
Klik hier en lees het achtste deel van ‘Klussen aan boord’