Als je onderweg op de marifoon een schipper hoort zeggen dat hij ‘overstuur’ de haven uit komt, wees dan niet bezorgd. De schipper zegt daarmee namelijk niets over zijn gemoedstoestand; hij meldt slechts dat hij achteruit de haven uit komt varen. De overige scheepvaart kan daar dan rekening mee houden.
Achteruit varen… zo heel gemakkelijk is dat nog niet eens. Wat achteruit varen zo moeilijk maakt, weet iedere booteigenaar: de wielwerking van de schroef. Een linksdraaiende schroef trekt het achterschip bij achtertuit varen naar stuurboord; een rechtsdraaiende schroef trekt het achterschip juist naar bakboord. Door die wielwerking is recht achteruit varen met veel schepen lastig en soms zelfs onmogelijk. Maar gelukkig kun je met wat kunst- en vliegwerk zorgen dat het tóch goed komt. Ook als je geen boeg- of hekschroef hebt.
Eigenlijk varen we niet eens zo heel veel achteruit. Ja: de ligbox uit. Of even achteruit slaan om van de wal weg te komen. Maar echt achteruit ergens wegvaren? Dat doe je eigenlijk alleen als je ergens niet vooruit kunt wegvaren en ook niet kunt keren. Op een smal doodlopend kanaal, bijvoorbeeld. Als u achteruit van zo’n plek moet wegvaren, is het handig om te weten wat bij uw schip precies het effect is van de wielwerking van de schroef. Heeft uw schip een rechtsdraaiende schroef, dan zal de kont van het schip tijdens het achteruit varen waarschijnlijk naar bakboord trekken. Naar links dus. Bij een linksdraaiende schroef is dat precies andersom. En hoevéél de kont schip precies naar bak- of naar stuurboord trekt, kan per schip enorm verschillen. Dat is een kwestie van uitproberen. Vervolgens zult u iets moeten ondernemen, om te zorgen dat u tóch min of meer recht achteruit bij die plek vandaan komt.
Niet te veel gas!
Geef om te beginnen niet te veel gas! Stationair of eventueel een tandje meer is voldoende. En dan het corrigeren: als het achterschip bij achteruit varen de neiging heeft om naar stuurboord uit te wijken, dan vóórdat u gas geeft het roer naar bakboord leggen. Het kan heel goed zijn dat het roer het dan al heel snel van de wielwerking overneemt; geef dit even de tijd, om te zien of dit ook echt gebeurt.
Neemt het roer het níet over en blijft het achterschip naar stuurboord trekken, zet de motor dan even kort met een beetje gas in zijn vooruit terwijl u ondertussen het roer heel snel naar stuurboord draait. Als het achterschip ver genoeg naar bakboord is gedraaid (met eventueel een beetje extra), dan de motor weer in zijn achteruit en het roer weer naar bakboord.
Heeft uw schip juist de neiging om naar bakboord uit te wijken, dan werkt dit allemaal uiteraard precies andersom; in dat geval legt u het roer bij achteruitvaren naar stuurboord.
Zoals gezegd: het wieleffect is niet bij elk schip gelijk. Er zijn ook motorjachten die tijdens het achteruitvaren ‘gewoon’ naar het roer luisteren.